“De chief houdt vanmiddag een ceremonie in het dorp”. De buurman van verderop komt speciaal naar ons toe gevaren om de uitnodiging door te geven. In zijn bijbootje zitten drie lokale jochies te stuiteren. Eentje kijkt nieuwsgierig in de kuip en wijst naar de verrekijker. Niels ligt nog binnen te tukken. Afgelopen week hebben we niet veel geslapen vanwege het slechte weer. Het blijkt knap lastig ankeren te zijn op Fiji; de diepte, het getijden, de stroming, de regen met veel wind uit alle richtingen. En als je anker aan de wandel gaat, ligt je boot zomaar op het rif. “Moeten we kava meenemen?” vraag ik voor de zekerheid. Volgens etiquette schenk je een lokale kavawortel aan de chief van het dorp, waarbij je officieel toestemming vraagt of je aan land mag komen. Van zo´n speciale wortel maken ze een hallucinerend drankje als onderdeel van de ceremonie. We zijn steeds nergens lang genoeg gebleven om de zogeheten sevusevu mee te maken en dit is onze laatste kans… 

Tegenover ons op de vloer zitten twee locals. Een van de mannen voert het hoogste woord. Of hij de chief is wordt niet helemaal duidelijk, wel houdt hij de kava tussen zijn benen. De andere man heeft zijn schort van het resort nog aan. Ieder Yasawa eiland is tegenwoordig voorzien van resorts, waar merendeel van de eilanders werken. Persoonlijk vinden we dit erg jammer, want ons gevoel zegt dat de cultuur hierdoor verandert en dat we een minder pure ontmoeting met de locals hebben. Toch houden ze de kava in traditie, dus daar doen we graag aan mee. Toen we op Fiji aankwamen hebben we dan ook op aanraden van zowat iedereen een bos wortels op de markt gekocht. Een bosje is ongeveer gelijk aan de prijs van een fles wijn.

Ieder bosje kavawortels wordt verpakt in krantenpapier en versierd met een lint

De eerste wortel
Onderweg naar de Yasawa eilanden zoeken we een ankerplek tussen de twee hoofdeilanden. Na een regenachtige week is de zee onwijs kalm en breekt eindelijk de hemel open. Ik geniet zelfs van de zon op mijn gezicht, wat heb ik dat gevoel gemist! Jarenlang vermeden we liever de tropenzon, we leken wel vampiers. “Zo had ik me de Stille Oceaan voorgesteld” zegt Niels tevreden. “Black Moon, we zien orka´s in de verte” roepen onze Zuid-Afrikaanse vrienden van Avanti over de radio. We hebben nog twee uur tot aan de ankerplek te gaan en Avanti ligt een uur op ons voor. Met de verrekijker paraat nestelen we ons op het voordek in het zonnetje. Na een poosje zien we een groepje in de verte gracieus voorbij zwemmen en eentje zelfs vlak voor onze boeg.

Orka vlak voor onze boeg; de enige andere keer dat we ze zagen was in Spanje!

Vanaf wal roept en zwaait een lokale man naar ons. We liggen net voor anker aan een – op het eerste ogenblik – uitgestorven dorpje. Met wederzijdse nieuwsgierigheid roeien we naar de kade. Of we in zijn gastenboek willen schrijven. Een rondleiding door het dorp volgt. Hij zorgt voor de jonge reuzenmosselen die zodra ze groot genoeg zijn worden uitgezet. “Verder onderhoud ik het groen” en plukt een aantal limoentjes voor ons. Het dorp is inderdaad “uitgestorven”; het was tot aan 1930 een quarantaine voor álle leprapatiënten op de Pacific. En een aantal jaren geleden zijn de laatste woningen door een cycloon verwoest, waaronder die van hemzelf. Hij verdient al twintig jaar hetzelfde uurloon: 5 Fiji Dollar / 2,5 Euro per uur. “Heb je misschien AAA-batterijen voor me” vraagt hij. “Of anders kava?”

Van baby tot volwassen reuzenmossel op de kwekerij, onze privé gids is erg blij met de kava

De tweede wortel
Op het eerste Yasawa eiland aangekomen besluiten we samen met de bemanning van Avanti naar de grotten te varen. We slepen de bijboten op het strand. Een local komt ons tegemoet. “We gaan bijna sluiten” begint hij. “Maar je hebt nog 20 minuten en het is 50 Fiji dollar per persoon”. Horden toeristen struinen uit de grotten en verzamelen zich in de toerboten. Met ongedane zaken trekken we onze bootjes terug in het water en besluiten naar het tegenoverliggende dorpje te gaan. Dit keer neemt crew Avanti de kostbare kava namens ons vieren mee.

“Dus jullie zijn met twee boten?” vraagt de chief nogmaals en kijkt naar de enkele wortel op zijn schoot. Oeps. De chief benadrukt dat als we naar het naastliggende dorp willen we ook daar een kava moeten schenken. En als we de berg op willen wandelen, moeten we een gids inhuren. En als we de grotten in willen, dan …  “En nu is de markt voor jullie opgezet” zegt hij en wijst ons de deur. Verheugd op verse groenten en fruit – of op z´n minst een verse wortel – stuiten we op een soort Koningsdagmarkt met kleedjes op de grond vol souvenirs. Enigszins genegeerd doen we een rondje “Ohh” en “Ahh” en gaan maar terug naar de boten waar we de vers gevangen vis met onze buren delen.

We vangen voor het eerst een Wahoo, een heerlijke en veilige roofvis om te eten!

De derde wortel
“We hebben inderdaad een paar vissen gevangen” antwoordt Niels. “De mahi-mahi en wahoo waren heerlijk, maar de barracuda hebben we voor de zekerheid teruggegooid”. De chief kijkt verschrikt op. “Daarvoor zou ik je moeten straffen”. Uhh. “Het is nu tijd voor de ceremonie” zegt hij en wijst ons de deur. We lopen tussen de huizen door en bukken onder het druipend wasgoed het hoofdplein op. Rechts zien we een mooi Christelijk kerkje en links is een bouwzeil uitgespreid. Een twintigtal cruisers hebben zich er al verzameld. John, de cruiser die ons namens het dorp uit heeft genodigd, vraagt iedereen zich voor te stellen aan priester John, die de ceremonie gaat leiden. Priester John schudt de gestampte kava in een zakje en laat het in een grote houten kom water weken. Terwijl hij vertelt over het ritueel knijpt hij in het zakje, totdat het water in een soort van café latte kleur verandert.

“Wie is de oudste in dit gezelschap?” Een Amerikaanse vrouw roept trots haar leeftijd, waarmee ze gokt de oudste te zijn. “Ik bedoel eigenlijk de oudste man” ontglipt hij volgens tradioneel gebruik. Toch reikt hij de oudste dame de eerste beker kava. Een ritueel aan handenklap en “Bula”, wat zowel Hallo als Proost betekent, volgt. Het smaakt niet heel slecht, het is ook niet bepaald café latte. Na de ceremonie voeren de dorpelingen een zogenoemde “show” op. Maar eerst komt cruiser John even geld incasseren. Blijkbaar is het schenken van een kava niet voldoende. We moeten ook twintig Fiji Dollar per persoon bijdragen. Vergeleken met de Haka in Frans-Polynesië is de show slappe koffie te noemen. “Hallucineer ik alsnog of heb ik zojuist de polonaise gelopen?” vraag ik Niels vol ongeloof.

Kava in de maak en dan wordt de beker (halve kokosnoot) om de beurt uitgedeeld

Na de show is daar uiteraard weer een markt. Zowel priester John als cruiser John dirigeert iedereen in een rij te gaan staan en rustig te wachten totdat alle kleedjes gespreid zijn. “Wat staan we hier nou weer wortel te schieten?”. Beleefd doen we weer een rondje “Ohh en Ahh”. Terug op de boot bereiden we ons voor om naar het hoofdeiland te gaan voor de jaarlijkse werfklus. Het is hoognodig, het onderwaterschip heeft inmiddels letterlijk wortel geschoten.

Share: