Na de uitwuif varen we de Oosterschelde af. Aan het einde ervan ligt de Roompotsluis, waar we vroeg in de ochtend door heen schutten: de Noordzee op. Vlak naast de sluis ligt een vissershaventje dat als startlijn dient. We kunnen het niet laten om het koffertje met post te openen en lezen een paar kaarten en brieven. Zo leuk! Ongeduldig als twee blije kinderen kijken we verheerlijkt naar de overige pakketten; we spreken af dat we in het vervolg bij iedere bestemming één enveloppe openen. Dan doen we er lekker lang mee. We zijn namelijk ook ongeduldig om uit te varen, dus duiken na het kopje thee lekker te kooi. Morgen start een spannende en intensieve zeiltocht naar Engeland…

Groen of toch rood
De wekker gaat altijd wanneer je goed en wel in je remslaap bent aanbeland. Opstaan. Koud. Kleding zoeken in het donker. “Waarom heb ik dit niet gisteravond al klaargelegd?”, snauw ik tegen mezelf. Al aankledend zet ik de fluitketel op het vuur. “Het licht bij de buren gaat ook al aan”, merkt Niels op. Hmm, dé buurboot die gister in het donker als een pingpongbal de haven in kwam varen en die wij in de regen nog hebben helpen aanleggen… “We are still very green”, excuseerden ze zich. “En ik zie het verkeerslicht bij de sluis al op rood-groen staan en er naderen al drie schepen”, beantwoord ik Niels’ attentie. We snellen de box uit voordat onze buurboot ons dwarsboomt. De sluis seint groen-groen, we zijn op tijd. De buren zijn dan misschien groen, maar zij kregen rood.

Pitstop
Samen met de drie andere boten ligt Black Moon in de enorme sluis aan twee bolders. Voordat de sluisdeur dicht is willen we nog de hydrovane (een type windvaanstuurinrichting achterop de boot) gereed maken en daarvoor moeten er nog twee onderdelen geïnstalleerd worden. Eerst een slok koffie. Heet! Niels reikt het roerblad via het achterluik naar buiten en ik zet deze op mijn tenen om de lak van het achterdek te beschermen. Nu dan het roerblad met een zelfbedachte lijn rondom de reling borgen en in het water laten glijden. Niels staat op het zwemtrapje en houdt zich met één hand aan de boot vast om met de ander het blad te sturen. Ik houd de borglijn vast om het ongeleid projectiel te helpen positioneren. We wiebelen, sjorren, kreunen… en dan ineens schuift ie onder op de cilinder. De sluisdeur schuift inmiddels ook dicht. Het roerblad nog snel borgen met de bijbehorende borgpen. De rode windvaan erop en klaar. Terug naar de bolders voordat de lijnen strak komen te staan. Slok koffie. Lauw. Hap boterham. Droog. De deur naar de Noordzee zijde gaat alweer open. “Nu al?!”, panikeer ik kijkend naar de enkele hap uit mijn dubbele boterham met pindakaas. Natuurlijk, het is hoogwater, dus het verval is minimaal. Tegen heug en meug snel de boterham naar binnen werken, anders word ik misschien misselijk op zee. Motor starten om de sluis uit te varen. Zeilen hijsen voordat we op open water zitten. Het lijkt de pitstop van Formule 1 wel.

Foto: Snel een foto van de zonsopkomst vlak voorbij de Roompotsluis. Aan de linkerzijde van de foto is de hydrovane te zien, te herkennen aan de grote rode vaan (het makkelijkste en lichtste onderdeel van de windvaanstuurinrichting).

Buiten spelen
En dan ineens zijn we buiten! Dit stukje Noordzee is bijna altijd een heksenketel. We hebben voltuig staan (eigenlijk te veel zeil) met de motor stand-by. Vanwege de flinke stroming motorzeilen we langs de kust van Domburg richting Zeebrugge. We moeten opletten dat we niet te ver naar de kust gestuwd worden. De hydrovane wordt op de gekozen koers ingesteld. Maar helaas, met deze stroming bakt ie er niks van. We wilden juist de hydrovane werkende krijgen, omdat de hendel van de elektronische stuurautomaat een paar dagen geleden afbrak. “Maar verder zijn we er helemaal klaar voor hoor”, grapte Niels nog naar z’n vader die het afgebroken hendeltje als vraagteken omhooghield. Uiteindelijk wist Niels met behulp van twee tangen de stuurautomaat alsnog in standje automatisch sturen te zetten. De zon komt op. Snel een foto en terug naar de prioriteiten. Black Moon lijkt wel een hobbelpaard. “Dit heeft niets, maar dan ook niets met zeilen te maken”, hoor ik vanachter het stuurwiel. We zitten de kermisrit uit en ter hoogte van Blankenberge komen we in rustiger vaarwater. Motor uit, zeilen trimmen. Dit is het betere werk.

Het Kanaal oversteken
We varen de Belgische kust af om vervolgens het kanaal over te steken. Koers op Dover. Nog voor het donker naderen we de shipping lane, oftewel een van de drukste scheepsvaartroutes ter wereld! Op ons navigatiescherm kunnen we de gigantische vrachtschepen en ferry’s vroegtijdig zien, inclusief de richting en met welke snelheid. Ze gaan soms wel vier keer zo hard als een gemiddeld zeilschip. Zonder dit systeem (ais) is het alsof je te voet de A2 oversteekt, maar dan met je schoenveters aan elkaar vastgebonden. Dusss… Daarbij is de verkeersregel dat je de shipping lane in een rechte lijn oversteekt. En om het nog spannender te maken: recreatievaart moet voorrang verlenen aan deze grote, snelle jongens. Maar deze oversteek hebben we vaker gedaan. We zijn niet groen op dit gebied. Met de motor bij steken we vlot over, naderen Dover laat in de avond en zien hoe de zon achter haar witte kliffen dooft.

Foto’s: Terwijl het laatste vrachtschip voor ons uit dendert, dooft de zon achter de witte kliffen van Dover. In de salon is van een bank een slingerbedje gemaakt (niet te verwarren met de fruithangmat), zodat degene die slaapt stabieler op de golven mee kan bewegen maar ook sneller gewekt kan worden door degene die de wacht houdt. De vuurtoren waar we Newhaven binnenlopen, het mooiste plaatje van de haven…

Inslingeren
Volgens plan varen we de nacht door. Dat betekent dat we om en om slapen óf de wacht houden. Op deze manier pakken we meteen veel mijlen, benutten we het rustige weer en slingeren we lekker in. Nu we de shipping lane en de drukke aanloop van Dover volledig voorbij zijn, kan de motor uit en zeilen we richting Brighton. “Yes, this is it…”, fluister ik tegen mezelf, wanneer ik omhoog naar de sterren kijk. Om en om slapen we ca drie uurtjes. Het is een rustige zee en het (prototype) slingerbedje houdt het in deze conditie prima. Mijn tweede wacht valt me een stuk zwaarder, maar we zijn allebei geslaagd. Met af en toe de motor bij naderen we Brighton in de middag. Na telefonisch aanmelden blijkt het vol te zijn; en de haven daarop ook! Als we nog verder doorvaren moeten we nog eens 45 mijl – bovenop de 166 die we inmiddels afgelegd hebben – en dan zouden we in het donker aankomen… Eén haven terug ligt Newhaven en die heeft schijnbaar nog wel plek. Met nog drie andere zeilboten liggen we “noodgedwongen” tussen de lelijke industrie voor te veel geld. Nu weten we waarom ze nog plek hadden. Maar hey, na 33 uur zijn we zijn wel mooi in de UK!

Volgende flessenpost
We zetten koers op Isle of Wight en verblijven uiteindelijk een week in het mooie Chichester Channel. Hier wachten we een goed weervenster af om door te zeilen naar Falmouth: dé stop voor de grote oversteek naar Spanje! Je kunt onze route en tussenstops volgen via Polarsteps.

 

Share: